Makro-Metro springt op de GS1 GDSN-trein
Sinds begin oktober is Makro-Metro live met GS1 GDSN. Katleen Pans, Senior Process & Negotiation Manager en Bert De Rechter, Projectcoördinator EDI / GS1 GDSN, vertellen meer over hoe dit project tot stand is gekomen.
Het plan om productinformatie van leveranciers via GS1 GDSN te ontvangen geldt zowel voor de supermarkt Makro als de foodservice provider Metro. “Hoewel de klant van beide saleslines verschillend is, wordt een deel van onze artikelen door zowel Makro als Metro gevolgd,” legt Bert uit. ”Het onderhoud van de artikelen gebeurt dan ook door één centraal team.”
Valse start
De Makro-Metro groep heeft al langer een abonnement op GS1 GDSN. Toch kunnen ze pas sinds kort effectief productfiches via het netwerk ontvangen.
“We zijn bij de uitrol van dit project op wat technische problemen gestoten. Als internationale speler zijn wij genoodzaakt om dit soort problemen neer te leggen bij onze internationale IM/IT afdelingen”, verklaart Katleen.
“Het duurde even om zowel lokaal als internationaal de juiste resources vrij te maken om het probleem van de baan te krijgen. Maar gelukkig is dit achter de rug. Nu kunnen we onze leveranciers live krijgen.”
Onboardingproces
Het live krijgen van die leveranciers lijkt inderdaad vlot te gaan. Bert: “Op dit moment wisselen we al met een zo’n 20 leveranciers productgegevens uit via GS1 GDSN.”
De keuze om te beginnen met enkele specifieke leveranciers is een strategische zet geweest. “Enerzijds hebben we gekozen voor leveranciers met een groot aantal referenties. Daardoor zien we onmiddellijk een impact in de dagelijkse werking”, licht hij toe. “Anderzijds hebben we ook bewust leveranciers uit verschillende productcategorieën geselecteerd. Zo konden we snel eventuele problemen identificeren en aanpakken.”
“De leveranciers met wie we momenteel live zijn, zijn allemaal leveranciers van foodproducten”, voegt Katleen toe. “Maar het is zeker onze intentie om ook onze non-foodleveranciers te onboarden.
Om het onboarden van de leveranciers op het netwerk zo soepel mogelijk te laten verlopen, focussen we om te beginnen op de leveranciers die GS1 GDSN al gebruiken én die een groot aantal artikelen leveren. Tegen het eind van dit jaar hopen we dan om rond de 100 leveranciers live te hebben. In de loop van 2021 volgen dan de andere FMCG & Foodserviceleveranciers en zullen we ook beginnen kijken naar de Doe-Het-Zelf, Tuin & Diersector."
Het wiel is al uitgevonden
In België en Luxemburg hebben de supermarktketens Delhaize De Leeuw en de Colruyt Group, maar ook Albert Heijn en Jumbo, al in het verleden hun leveranciers gevraagd om productinfo via GS1 GDSN door te sturen. Ook de foodservice providers Sligro Food Group en Bidfood zijn al langer op het netwerk actief.
“Wij hebben er uiteraard voordeel van dat veel informatie al beschikbaar is. Maar ook de leveranciers plukken hier de vruchten van, aangezien ze nu de productfiches enkel nog op 1 plek beschikbaar moeten stellen en nadien geen uitgebreide productfiches meer moeten invullen”, vertelt Bert. “Wij moeten wel steeds nog nakijken of een leverancier alle artikels heeft opgeladen, in het geval de bestaande afnemers sommige referenties niet volgen. Dan moet de leverancier die productfiches uiteraard nog toevoegen voor ons.”
Packshotafbeeldingen
Ook packshots kunnen – en móeten zelfs, vanaf 1 januari 2021 – aan de productfiches gekoppeld worden. “De verplichting tot het opladen van een packshot is een hele belangrijke stap in de goede richting. Doordat wij straks van alle producten standaard een packshot ontvangen, worden onze processen gestroomlijnd. Dit is belangrijk voor onze digitale kanalen, maar ook voor onze folders.”
Niet dat ze nu nooit meer eigen fotomateriaal zullen maken. Katleen: “Uiteraard zullen wij nog steeds inspirerende foto’s blijven maken voor onze verschillende communicatiekanalen. Maar voor wat wij ‘standaard plaatje-prijsje’ noemen, zullen de aangeleverde packshots optimaal ingezet worden. Hierdoor zal het versturen van productstalen drastisch kunnen dalen, wat iedereen in de keten ten goede komt.”
Global Data Model
Metro Group, de Duitse groep waartoe Makro/Metro behoort, is actief in 36 verschillende landen. Het komt dan ook niet als een verrassing dat de Metro Group actief heeft meegewerkt aan de ontwikkeling van een internationaal gestandaardiseerde productfiche, ook wel bekend als het Global Data Model.
“Naast de lokale Masterdata-afdelingen hebben wij inderdaad ook een internationale Masterdata-afdeling die onder andere zeer actief is in het ondersteunen van standaardisatieprojecten. Het project rond de productfiches past daar duidelijk in”, licht Katleen toe. “Als internationale speler willen wij immers ook onze globale leveranciers ondersteunen. Bij het ontbreken van een internationaal model, blijven zij geconfronteerd met afwijkende datamodellen per regio of land, waardoor de efficiëntieverbetering voor hen niet gemaximaliseerd kan worden. Dat kan straks dankzij het Global Data Model vermeden worden.”
Het Benelux-datamodel wordt in de loop van 2021 op het Global Data Model gealigneerd.
Boodschap voor wie nog twijfelt
Het team bij Makro-Metro is ervan overtuigd dat voor de leveranciers de voordelen sterk opwegen tegen de investering.
Bert: “Met elke retailer die zich aansluit worden de schaalvoordelen als leverancier natuurlijk groter. Je bedient een groot deel van je klanten door de info één keer te voorzien. Daarnaast zullen we nieuwe artikelen sneller kunnen aanmaken als de data al beschikbaar is, wat zeker in foodservice een voordeel kan zijn.”
De boodschap naar de retailers die nog twijfelen, is ook eenduidig. “Laten we eerlijk zijn, het manueel verzamelen van data is niet meer van deze tijd. En hoe meer we met z’n allen aan dezelfde kar trekken, hoe beter we er van worden”, aldus Katleen. “Het werk dat hier door onze concullega’s binnen de retail verricht is, vormt hierbij een belangrijk fundament. Voor de Foodservicesector is er nog een iets langere weg af te leggen, maar net daar is de behoefte heel groot. De wetgever legt immers behoorlijk wat verwachtingen neer op het vlak van beschikbaarheid van data. Laten we dus ook binnen die sector de handen in elkaar slaan om een antwoord te bieden aan deze steeds groter wordende behoefte.”
Global Data Model (GDM)
De in 2019 uitgewerkte internationale standaard die vastlegt welke productkenmerken elke productfiche bevat, ongeacht de productcategorie en waar ook ter wereld het product verhandeld wordt. Dit is als het ware de “grootst gemeenschappelijke deler” of de kern van elke productfiche. Alle nationale datamodellen dienen deze productkenmerken te bevatten, zodat ook buitenlandse handelspartners gemakkelijk kunnen samenwerken. Zoals bij een ajuin kunnen rondom deze kern één of meerdere schillen gelegd worden die dan sectorspecifieke (verschillende productcategorieën), regiospecifieke (wetgeving in VS en EU kan verschillend zijn) of natiespecifieke (talen kunnen verschillend zijn) productkenmerken bevatten. Het Benelux-datamodel van de FMCG-Foodservice sector wordt in 2020 met dit GDM geharmoniseerd.”